Voedingsdeskundigen en de Olympische Spelen

I body•LIFE 8I2012

Sportcentra als redding voor de overgewicht en obesitas epidemie

Het is veel erger dan wij ons kunnen bedenken. In 2025 zal meer dan 90% van de Amerikanen overgewicht hebben, Nederland hobbelt er achteraan, momenteel heeft al 52% van de Nederlanders overgewicht. De zorgkosten die deze epidemie met zich meebrengt zijn onacceptabel en niet te dragen. Sommige economen voorspellen dat voor 2060 meer dan 50% van de westerse wereldlanden failliet gaan op de zorgkosten.

Veel mensen zien sportcentra als mogelijke redding van deze overgewicht en obesitas epidemie.

Kasper Bakker, Professor aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en coördinator van Master sport- en beweeginnovatie is een van die mensen. Hij ziet de volgende kansen voor sportcentra;

• Laagdrempelige ‘0-de lijn’ (ipv eerste lijn)

• Het sportcentrum is niet alleen aanbieder, maar kennisleverancier en adviesfunctie voor gezond leven

• Het sportcentrum kan aanspreekpunt en aanbieder zijn voor zorgcentra, revalidatiecentra, ziekenhuizen, wijkcentra,  ziekenhuizen, hotels, scholen/BSO, verenigingsleven etc.

• Het sportcentrum kan een expertise bieden en het aanbod richten op specifieke doelgroepen (ouderen, chronisch zieken, jongeren, topsport e.d.)

• Het sportcentrum kan onderdeel worden van een multidisciplinair paramedisch team

• Het sportcentrum kan Evidence based leefstijlprogramma’s ‘op maat’ aanbieden

Bakker geeft daarbij de volgende uitdagingen aan waar sportcentra mee te kampen zullen krijgen;

• Bewaken grens medisch/niet-medisch

• Aansprakelijkheidvraagstuk

• Doorverwijsfunctie en afstemming eerste lijn

• Kennisachterstand huidige professionals t.a.v. gezondheid  & preventie(scholingsvraagstuk)

• Test- en meet hardware (en software)

• Imago en positionering in de markt

En niet alleen hogescholen zien sportcentra als de brug tussen zorg en sport. Patrick Rijnbeek, NISB programmamanager ziet serieuze kansen voor sportcentra.

• Geen opname basispakket = Minder financieringsmogelijkheden zorg; kans fitness

• Werkwijze fitness ligt dicht aan tegen werkwijze fysiotherapeut (de rest van de eerstelijn); de brug tussen zorg en sport.

• De fitnessbranche heeft meer ervaring met ondernemerschap en een groot bereik

• De fitnessbranche kan geprotocolleerd werken, maatwerk bieden en bewegen als een plezierige activiteit voor de gezondheid aanbieden

Er zijn echter kanttekeningen volgens Patrick Rijnbeek;

• Het vraagt een lange adem van de fitnessbranche!

• Kwaliteit (product en proces) moet inzichtelijk worden gemaakt!

• Samenwerken is een must, je moet kunnen delen om te kunnen vermenigvuldigen!

De weg naar een nationaal netwerk van centra die de overgewicht epidemie mee aan kunnen pakken is zeker een weg van keuzes maken. Ga je als ondernemers voor toename van je product en proces kwaliteit, wat houdt dat dan in?

Productkwaliteit: inhoudelijk handelen (doeltreffendheid, deskundigheid, geschiktheid, veiligheid, zorgvuldigheid).De kwaliteit van het product komt onder meer tot uitdrukking door met mensen te werken die goed zijn opgeleid, bij- en nascholing volgen, richtlijnen en protocollen kunnen volgen, complicatieregistraties toepassen en patiëntenvoorlichting kunnen geven.

Proceskwaliteit: attitude van de professional (respectvolle bejegening, informatiebereidheid, vertrouwensrelatie, coöperatie, verantwoordingsbereidheid). Gedurende het begeleidingsproces wordt de beleefde kwaliteit in hoge mate bepaald door patiënteninformatie en –voorlichting, omgang met andere betrokkenen en communicatie tussen de beroepsbeoefenaren en andere partners binnen het multidisciplinaire team.

Dit zijn allemaal zaken die de trainers en begeleiders aangaan. Expertise en professionaliteit staat centraal. Ook binnen de organisatie zal echter een en ander verankerd moeten liggen om de kwaliteit van de uitvoering te kunnen blijven bewaken. Denk aan de waarborging van de continuïteit, beschikbaarheid, doelmatigheid, integrale preventie.

Uiteraard is de hamvraag: kunnen wij een rol spelen van betekenis op het gebied van overgewicht en obesitas preventie? Het antwoord daarop luidt wat mij betreft volmondig JA. Ik ben er zelfs van overtuigd dat wij als branche, en dan met name de preventiecentra die zich specialiseren op het gebied van overgewicht/obesitas, een cruciale rol gaan spelen.

Er zijn miljoenen afslankproducten en -programma’s, voor de consument een woud van informatie waar degene met de dikste marketing portemonnee het wint momenteel. Er is duidelijk een gebrek aan een wetenschappelijk onderbouwd en erkend afslankprogramma. Nu de zorgsector de handen ineen heeft geslagen met de fitnesssector, worden er flinke stappen gemaakt. De eerste 50 (pre)diabetes zijn al gestart bij preventiecentra en worden begeleid binnen een door de zorg en branche erkend protocol. Op de fitnessvloer staan erkende beweegdeskundigen (pre)diabetes.

De eerste 25 sportcentra hebben hun Fit!vak preventiecentrum certificaat al binnen en er staan er nog meer dan 50 in de planning om in het najaar geaudit te worden. Achter de schermen wordt er al gewerkt aan de ontwikkeling van het volgende protocol, overgewicht/obesitas. Ook hiervoor zal er een richtlijn, protocol, trainersprofiel en keurmerk komen zodat naar verwachting eind volgend jaar de eerste sportcentra als erkend preventiecentrum overgewicht/obesitas gekenmerkt kunnen worden en de samenwerking met de zorg sector in deze versterken.

Alleen samen, binnen een multidisciplinaire aanpak, is het probleem van overgewicht en obesitas een halt toe te roepen. Daar waar zorg nodig is moeten de lijnen er liggen, daar waar preventie het aan kan, moet de expertise en kwaliteit gewaarborgd zijn.

Overgewicht I business

John van Heel

EFAA, j.vanheel@efaa.nl

06-53623485

body•LIFE 8I2012 I