Quantified Self technologie: vloek of zegen?

Verschenen in BodyLIFE Benelux nr8 2014

Quantified self (QS) is de term voor een relatief nieuw fenomeen waarin mensen allerlei data over zichzelf meten en verzamelen met behulp van nieuwe technologieën. Hoewel QS vaak gebruikt wordt om het meten van fysieke activiteit en fysieke voortgangswaarden aan te duiden, kan het ook om andere waarden gaan, zoals het slaappatroon, productiviteit en stress.

In feite is QS niet helemaal nieuw, aangezien het uurwerk eveneens kan worden gezien als een vorm hiervan. Immers, het meten van tijd helpt ons om te meten wat we op een dag gedaan kunnen krijgen. Essentieel voor QS is dat het niet alleen draait om het meten van data, maar dat deze data gebruikt wordt om te reflecteren op de huidige toestand en de voortgang over tijd. Neem de weegschaal. Bijna iedereen weegt zich af en toe om te kijken hoe hun gewicht is veranderd ten opzichte van de laatste keer. De laatste jaren heeft technologische innovatie op de consumentenmarkt de grenzen van wat mogelijk is qua QS flink verlegd. Nieuwe, betaalbare sensoren vinden hun weg naar de consument en vergroten daarmee de beschikbare hoeveelheid data, waardoor de mogelijkheden navenant toenemen.

Apps

Een van de populairste QS-gerelateerde producten is de Fitbit activiteitenmonitor. Kort gezegd is het een moderne variant van de stappenteller, die niet alleen je dagelijkse aantal stappen telt, maar deze synchroniseert met een website en een mobiele app. Op deze platforms wordt de gesynchroniseerde data gebruikt om feedback op maat te leveren, bijvoorbeeld in relatie tot het dagelijkse bewegingsdoel van de gebruiker. Hoewel Fitbit verreweg de meest verkochte activiteitenmonitor op de markt is, zijn er vele gelijksoortige apparaten verkrijgbaar, zoals de Nike Fuelband, Jawbone Up en Pebble.

Activiteit meten met bijvoorbeeld Fitbit is slechts een van de vele toepassingen die beschikbaar zijn voor consumenten. Andere voorbeelden zijn body composition monitors zoals de Withings-weegschaal. Deze weegschaal meet data zoals het lichaamsgewicht en vetpercentage, die online en via een mobiele app kunnen worden weergegeven voor zelfanalyse. Maar ook GPS-gestuurde hardloop-apps zoals Runkeeper, Endomondo en Runtastic zijn goede voorbeelden van hoe nieuwe technologieën kunnen helpen om sportprestaties en voortgang te meten.

Met mobiele apps zoals Nike Training Club en Virtuagym kunnen consumenten workouts doen, met behulp van een virtuele trainer die de gebruikers instrueert. Deze apps tracken ook de voortgang aan de hand van bijvoorbeeld het aantal repetities en het gebruikte gewicht. De Lumoback is een sensor die rond het middel gedragen wordt en die de houding van de gebruiker de hele dag door meet. Wanneer de rug van de gebruiker een verkeerde houding heeft, geeft de mobiele applicatie feedback met het doel de houding te verbeteren en daarmee pijn in de onderrug te voorkomen. Al deze voorbeelden laten zien hoe nieuwe technologie mensen kan helpen om in betere vorm te komen, gezonder te eten en fitter te worden. Echter, daar al de genoemde voorbeelden consumentenoplossingen zijn, betekent dit dan dat fitnesscentra in de gezondheidssfeer moeten gaan concurreren met technologiegrootmachten als Nike en Apple?

Bedreiging of kans?

Het lijkt erop dat de meeste innovaties in het kader van gezondheid en fitness buiten de fitnessindustrie zijn ontstaan. Het zijn immers veelal tech-bedrijven die interactieve applicaties voor consumenten hebben ontwikkeld. Fitness trackers en apps zijn gemeengoed onder consumenten en de markt voor dit soort producten groeit gestaag door. Maar betekent dit dat het een bedreiging is voor fitnesscentra en personal trainers? Om die vraag te beantwoorden moeten we een stap terug doen en onszelf de vraag stellen waarom klanten überhaupt naar een sportschool gaan.

Als je je klanten vraagt waarom ze lid zijn geworden van je club, zullen ze waarschijnlijk niet antwoorden dat ze het gewoon zo ontzettend leuk vinden om te sporten. Laten we eerlijk zijn, de meeste mensen zouden liever andere dingen doen dan sporten; op de bank voor de TV hangen bijvoorbeeld. Hun motivatie is extrinsiek in plaats van intrinsiek. De meest gehoorde antwoorden zijn: afvallen, fit worden en de gezondheid verbeteren. Als dat écht de reden is waarom mensen lid worden van een club, dan zou je als clubeigenaar in de problemen kunnen komen. Want dat is precies wat mobiele apps en trackers óók beloven. Als het mensen alléén maar om gewichtsverlies gaat, kunnen ze net zo goed elke dag gaan hardlopen of thuis kunnen sporten in plaats van hun geld en tijd in jouw diensten te besteden.

Motivatie

Ik geloof er sterk in dat mensen hoofdzakelijk naar een fitnesscentrum gaan om gemotiveerd te worden. Ze zijn bereid om te betalen voor een lidmaatschap omdat ze zich realiseren dat ze hun doelen niet in hun eentje kunnen bereiken, zonder aandacht en ondersteuning van jouw personeel, faciliteiten en diensten. Je leden willen actief gemotiveerd worden om hen te helpen hun doelen te bereiken. Want motivatie vergroot de kans op duurzame gedragsverandering en juist duurzame gedragsverandering is de sleutel tot het bereiken van doelen. Zo simpel is het, hoewel dit tegelijkertijd ook de grootste uitdaging in onze branche is; mensen veranderen nu eenmaal niet makkelijk hun gewoonten.

Al deze nieuwe apps en fitness trackers kunnen als een bedreiging worden gezien, wanneer je ze als substituut ziet voor je eigen dienstverlening. Echter, dezelfde technologie die nu veelal direct aan consument wordt aangeboden, kan ons ook helpen als industrie om onze productpropositie te verbeteren. Want nieuwe technologieën kunnen helpen om klantmotivatie op verschillende wijzen te verhogen. Ik noem een paar voorbeelden:

Maak een echte 'club' van je fitnessclub:

Onderzoek wijst uit dat sociale interactie een kerngetal is voor klantretentie: fitnesscentra waar leden een hoge mate van sociale interactie kennen, hebben een hogere retentiegraad. Echter, de meerderheid van fitnesscentra kent weinig tot geen sociale interactie, buiten misschien een begroeting aan de balie. Met voldoende visie en ambitie kun je technologie je laten helpen bij je inspanningen om sociale interactie te vergroten. Online community platforms, challenges en groepsinteractie kan helpen om sociale connecties onder leden en personeel op te bouwen. Het biedt ook de mogelijkheid interessegroepen te ontwikkelen, bijvoorbeeld voor hardlopers, ouderen, mensen met overgewicht, enz. Hier kunnen zij met elkaar kunnen communiceren. Door middel van deze sociale groepen is het vervolgens mogelijk de sociale netwerken van je klanten te bereiken en je onderneming te promoten. Of ze het zich beseffen of niet, veel health clubs presteren juist zo goed omdat ze erin geslaagd zijn deze sociale gemeenschap onder hun leden op te bouwen.

Gamification maakt sporten leuk:

Technologische innovatie kan helpen om sporten leuker te maken door activiteiten te belonen met punten en virtuele medailles, door uitdagingen te organiseren waar leden het tegen elkaar kunnen opnemen of juist samen kunnen werken. Je kunt ook een stap verder gaan en speltechnologie direct integreren met fitness, ook wel exergaming genoemd. Een voorbeeld hiervan is het Duitse bedrijf Playoke, dat de 3D cameratechnologie van Microsoft Kinect gebruiken. Er zijn verschillende fitnessgames voor de Xbox die deze cameratechnologie gebruiken, waardoor gebruikers thuis kunnen sporten met een virtuele trainer. Playoke gebruikt diezelfde technologie om beweging te meten in groepslessen en beloont vervolgens prestaties aan de hand van de gemeten data.

Zelfmanagement met geautomatiseerde coaching:

Hoewel personal training zonder twijfel de beste manier is om de motivatie én resultaten te verbeteren, kan helaas niet iedereen dit zich financieel veroorloven. Ook hier kan technologie het gat dichten. Een goed voorbeeld van geautomatiseerde coaching is de virtuele spinning-les. Ze bieden fitnesscentra een mooie oplossing om onderhoudende groepslessen aan te bieden tijdens daluren.

Tevens kunnen mobiele apps gebruikt worden om op maat gemaakte trainingsplannen te verstrekken, oefeninginstructies te geven, voortgang te tracken of zelfs voedingsbegeleiding te geven. Door deze diensten aan je leden te leveren, kun je voorkomen dat ze voortijdig bij je weggaan. Door het trainen met ondersteuning van een app makkelijker te maken voor je klanten, haal je een hoop drempels weg. Bovendien kun je met een digitaal voedingsprogramma, gezonde voeding onderdeel maken van het programma. Omdat voor afvallen gezonde voeding voor tenminste 50% van belang is, moge het duidelijk zijn dat dit een positief effect zal hebben op retentie.

Bovendien kun je zelfmanagement-technologie makkelijk combineren met periodieke persoonlijke begeleiding. Dit leidt tot een zeer effectieve en betaalbare manier van personal coaching, die de voordelen van technologische innovatie en persoonlijke aandacht combineert. Het financiële potentieel is aanzienlijk, omdat in feite iedereen dit kan betalen. En naast het feit dat je extra omzet per lid maakt, zal iemand die regelmatig persoonlijke aandacht niet zo snel weg zal gaan. Ze behalen immers de resultaten, die jij ze hebt beloofd. Uit onderzoek blijkt dat gemotiveerde leden die resultaten behalen langer blijven, meer geld uitgeven én je bij hun vrienden aanbevelen. Het is dus tijd om technologie je club binnen te halen!

Over Hugo Braam

Hugo is technologie-evangelist in de fitnessindustrie en tevens mede-oprichter van Virtuagym, de alles-in-één oplossing voor voedings- en trainingsbegeleiding, online lesplanning en administratie voor fitnesscentra en personal trainers.

E: hugo@virtuagym.com

T: @hugobraam

De scheiding voorbij

Trainings- en voedings- begeleiding onder één dak

Virtuagym Food is de nieuwste app van Virtuagym, ontwikkelaar van innovatieve software voor fitnesscentra en personal trainers. Virtuagym bevatte al een voedingsmodule, die was opgezet in samenwerking met voedingsdeskundigen van de Hogeschool van Amsterdam. Echter, vanaf nu is deze ook volledig mobiel beschikbaar. Hiermee biedt Virtuagym als eerste bedrijf ter wereld een volledig mobiele oplossing voor training én voedingsbegeleiding in één, bovendien speciaal gericht op de fitnessbranche.

Hoe werkt Virtuagym Food?

Net als bij het intakegesprek bij een diëtist, wordt er aan de hand van een aantal vragen een persoonlijk voedingsplan opgesteld. De klant vult informatie in over leeftijd, lengte, gewicht, lifestyle en doelen. Op basis van deze doelen wordt er een persoonlijk voedingsplan aangemaakt.

Na het aanmaken van het voedingsplan volgt de kern van de app: het tracken van voeding aan de hand van een voedingsdagboek. Maaltijden kunnen ingepland worden, of naderhand gelogd worden. Het systeem beoordeelt de gelogde voeding aan de hand van de waarden van het voedingsplan.

Mooi is dat alle sportactiviteiten die de klant logt via de Virtuagym club-app de waarden in de voedings-app beïnvloeden. Als ze bijvoorbeeld een intensieve workout hebben gelogd, zal het calorieadvies daarop worden aangepast.

Waarom Virtuagym Food?

Hoewel er al een aantal andere populaire voedingsapps zijn, is het unieke aan Virtuagym Food dat het specifiek gericht is op het ondersteunen van fitness professionals. Dat betekent dat je als club direct toegang hebt tot alle klantdata en deze kan gebruiken om je klanten te begeleiden. Alles volledig geïntegreerd met de andere Virtuagym tools, zoals de club app met trainingsprogramma's, voortgangsregistratie, club informatie en het boeken van lessen en PT sessies. Hierdoor sta je in feite altijd in contact met je klanten en kun je ze begeleiden op afstand wat betreft beweging én voeding. En dat is waardevol in de huidige tijd, waarin mensen gewend zijn aan mobiele apps voor alles wat zij doen.

“Wij bieden een unieke alles-in-één oplossing voor clubs en personal trainers,” zegt Hugo Braam, CEO van Virtuagym. “De lancering van de allereerste voedingsapp voor clubs laat zien dat we voorop lopen in het veld. Beweging en voeding zijn twee kanten van dezelfde medaille. Als je gezond wil leven, moet je aan beide aandacht besteden. Met Virtuagym kun je dit als club nu eindelijk kosteneffectief aan je klanten aanbieden.”

Voor meer informatie over Virtuagym Food:

www.virtuagym.com/food

De scheiding van voeding en training is jarenlang norm geweest: je gaat naar de sportschool om te sporten en naar de diëtist of voedingsdeskundige voor voedingsbegeleiding. Maar waarom twee adressen? Voormalig CEO van IHRSA, John McCarthy, voorspelde jaren terug al dat het samenbrengen van voeding en training één van de grootste uitdagingen was voor fitnesscentra in de toekomst. Met Virtuagym Food kun je nu eindelijk die uitdaging aan gaan.

Wearables: hype of niet?

Dat wearables, smart watches, activity trackers, stappentellers en andere apparaten die bewegingsgedrag en lichaamsfuncties meten geen tijdelijke hype is mag duidelijk zijn. Alle grote technologie bedrijven (Apple, Google, Samsung, Microsoft, en recent Philips) zetten massaal in op gezondheid. Dit roept dan ook de vraag op welke impact wearables gaan hebben op de fitnessbranche.

Gaan wearables voor een revolutie zorgen in de gezondheidszorg en zijn ze de heilige graal voor leefstijl interventie? Of zal het vooral een gadget blijven die na zes maanden niet meer gebruikt worden en in de la verdwijnen.

Om te kijken hoe men hier in de branche over denkt, vroeg de redactie van bodyLIFE aan een aantal bedrijven of wearables een kans of juist een bedreiging voor de fitnessbranche zijn.

Polar:

De grote uitdaging is de balans tussen de mogelijkheid van het versturen van een grote hoeveelheid informatie vanuit kleine sensoren met een lange gebruiksduur. Voor de markt van sport wearables speelt Polar op dit vlak een belangrijke rol. De Research & Development afdeling van Polar heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan het energiezuiniger maken van wearables en het protocol waarover informatie wordt verstuurd en ontvangen. Een belangrijke vereiste bij de ontwikkeling van betrouwbare wearables is het voldoen aan richtlijnen van de WHO en het voldoen aan de Medical Device Standard. Bij Polar wordt dit, vanuit professioneel oogpunt, als een minimum vereiste gezien. Omdat de nadruk ligt op het ontwikkelen van functies die helpen om mensen fitter, sterker, sneller en gezonder te maken zijn alle functies wetenschappelijk gevalideerd en onderbouwd.

Producten van Polar staan garant voor het verzamelen van de meest nauwkeurige informatie en delen hun informatie met de Polar Flow.com webservice, maar in principe kan de data met ieder beschikbaar platform gedeeld worden. Voorbeelden hiervan zijn TrainingsPeaks, Strava, VitalinQ en GoogleFit.

Polar en Technogym zijn onlangs een samenwerkingsverband aangegaan, waarbij de informatie uit Polar trainingscomputers en sensoren automatisch gedeeld worden met mywellness® cloud. Dit biedt fitnessclubs unieke mogelijkheden om leden locatieonafhankelijke diensten te bieden en leden aan zich te binden.

Matrix Fitness:

Als fitnessleverancier staan wij open voor innovatie op het gebied van gezondheid en technologie. Vanuit dit oogpunt is een wearable zeker een toevoeging en geen bedreiging. Als Matrix zijn wij meer dan een leverancier en zo ook een grote voorstander van een gezonde levensstijl die wij met partners en campagnes ondersteunen. Een wearable kan een grote bijdrage leveren aan bijvoorbeeld het monitoren en motiveren van beweging en progressie. Door regelmatig te bewegen en sporten krijg je een vitaal gevoel. En zoals onze partner John van Heel van EEFA zegt: 'bewegen is medicijn'. Onze software kan uiteindelijk samengaan met deze wearables om zo nóg meer mogelijkheden te bieden om progressie te monitoren, zodat iedereen zich steeds bewuster wordt van een gezondere leefstijl.

Precor:

De Nieuwe Millenium generatie is erg gericht op de nieuwste technologie. Hun idee over en wat zij belangrijk vinden met betrekking tot technologie en fitness verschilt erg van andere generaties. Met een snel groeiende consumenteninteresse gericht op 'de eigen individu' is het dan ook geen verrassing dat bedrijven als Google, Samsung en Apple inhaken op de health & fitness industrie en mogelijkheden in deze industrie zien die vier jaar geleden nog niet bestond.

Door sporters te voorzien van informatie over hun prestaties blijven zij meer gemotiveerd om met fitness door te gaan. Mensen hebben graag controle over wat ze doen. Als iemand in de gaten krijgt welk resultaat zijn inspanning oplevert, krijgt een workout meer betekenis. Die kennis kan worden gebruikt om fitnessdoelen te bereiken, sporters uit te dagen en wedstrijden tussen leden in te stellen. Als sporters het directe resultaat van hun inspanning zien, geeft dat hen meer verantwoordelijkheid en motiveert dit om harder te trainen.

Precor ziet wearables niet als een bedreiging voor de fitnessbranche. Alles dat lichamelijke beweging motiveert, moet juist omarmd en aangemoedigd worden. Sommigen zullen denken dat deze technologieën consumenten weghouden van fitnessclubs, maar het is juist aan de fabrikanten van fitnesstoestellen en -exploitanten om op een handige manier gebruik te maken van deze technologieën. Bijvoorbeeld door networked fitnesstoestellen aan te bieden waarmee in de fitnessstudio diverse sporten kunnen worden gevolgd en geïntegreerd. Precor biedt sinds 2011 als innovator in de markt deze networked cardiotoestellen met P80 console aan die in combinatie met de eigen Preva-software sporters gemotiveerd weten te houden. Via Preva Personal Accounts kunnen sporters hun doelen instellen en hun voortgang bekijken. Externe data kan eenvoudig ingevoerd worden en telt zo mee voor het bereiken van hun ingestelde doelen.

Voor Precor is het uiterst belangrijk dat het aanbieden van fitness voorop blijft staan. Als er networked oplossingen en technologieën worden aangeboden om de sportbeleving aan te moedigen, mag dit nooit ten koste gaan van een effectieve en veilige training. Mensen gaan naar een bepaalde fitnessstudio om meerdere redenen, bijvoorbeeld voor de toestellen, groepslessen en sociale interactie die ze thuis niet krijgen. Het gebruik van fitness hulpmiddelen en technologieën kan hierbij ook een aanvullende reden voor het bezoeken van een fitnessstudio zijn.

De behoefte aan menselijke interactie moet niet onderschat worden, vooral voor beginners die meer begeleiding nodig hebben. Technologieën moeten gebruikt worden ter ondersteuning van de instructeurs. Ze moeten dus niet ervoor zorgen dat de instructeurs juist geen contact meer met de leden hebben. Dit kan namelijk een negatief effect op de retentie hebben.

Precor is van mening dat wearables tot op heden nog geen goede feedback aan de sporters geven. Ze zijn echt goed in het vergaren van informatie, maar slecht in het verstrekken van een betekenisvolle context en feedback aan de sporter. 'Ik heb hetzelfde gelopen als 8 trapdelen, is dat veel? Betekent dat dat ik vanavond meer kan eten?' Dit is waar de fitnessclub en de instructeur een uitkomst kunnen bieden. Zij hebben de expertise en geloofwaardigheid om betekenis aan de actie te koppelen. Technologie kan instructeurs de juiste informatie over de verrichte lichaamsbeweging en conditie van een lid geven en kan hen zodoende helpen om de juiste doelen en uitdagingen vast te stellen en de voortgang bij te houden.

LIFE FITNESS:

Life Fitness ziet de komst van wearables als een absolute kans voor de fitnessbranche. Een wearable maakt de drager namelijk bewust van fysieke inspanningen, werkt motiverend en geeft inzicht in gewoontes en gedrag. Voor bepaalde doelgroepen, zoals mensen die willen afvallen, is een wearable een goede stimulans. Het maakt je namelijk bewust van je levensstijl en geeft aan in hoeverre je je dagelijkse doelstelling haalt. Voor ondernemers binnen de fitnessbranche is het noodzakelijk om dergelijke technologieën te begrijpen en hier voordeel uit te halen om ook buiten de club leden te coachen.

Life Fitness speelt al langer in op deze ontwikkelingen, onder meer door twee jaar geleden de cloudoplossing LFconnect voor de Discover cardiolijn te introduceren. Dit platform helpt ondernemers meer inzichten te geven in het gebruik van de fitnessapparatuur en geeft de sporter de mogelijkheid om sportresultaten bij te houden. Dankzij het open platform van LFopen kunnen externe applicaties met de Life Fitness cardiotoestellen synchroniseren. Zo is het mogelijk om je cardioresultaten op te slaan op je eigen wearable, zoals de Jawbone Up en Fitbit. “Wij kijken met veel enthousiasme naar de toekomst, waarin wearables een nog grotere rol zullen gaan spelen. Met LFopen zijn wij hier klaar voor.”

Edities